Leve de grote stad

« Voorgaand artikel | Overzicht | Volgend artikel »

 Nederland is Frankije niet
22 januari 2004

Tot op heden werden berichten over incidenten met hoofddoeken in Turkije en het optreden van de Turkse staat in die kwestie met enig onbegrip ontvangen. Nu ook de Franse staat zich met de hoofddoek heeft beziggehouden en daarin een strenge lijn heeft getrokken, voelt hier en daar in Nederland een opiniemaker of politicus zich gesterkt om te pleiten voor een vergelijkbare repressieve lijn.

De actuele aanleiding in Frankrijk komt redelijk overeen met de al veel oudere situatie in Turkije. In beide gevallen gaat het om de strijd tegen militante moslimorganisaties met als inzet de moderniteit. Wat echter ook sterk overeenkomt is het karakter van de staat in beide kwesties. Zowel Frankrijk als Turkije is een centralistische eenheidsstaat die is veroverd op een veelheid aan volkeren, met het verschil dat het huidige Turkije een jonger product is. En zowel Frankrijk als Turkije hebben een staat die seculier is in een bijzondere betekenis. Noch in Frankrijk, noch in Turkije is de staat neutraal in godsdienstige, of ruimer gezegd, in levensbeschouwelijke zaken. Integendeel, het secularisme van beide is zélf een levensbeschouwelijk standpunt. Het is het standpunt van de moderniteit zoals dat in de radicale vleugel van de Verlichting vorm heeft gekregen, rationalistisch tot op het bod, onverbiddelijk in zijn vooruitgangsgeloof en antigodsdienstig. Aan de wortel van de Franse staat ligt de strijd, niet alleen tegen de adel, maar ook tegen de Rooms-Katholieke Kerk. De Republiek, men leze er Chirac nog eens op na, is de trotse manifestatie van een aantal 'rationele' waarden, die zich tegen religieuze macht in hebben doorgezet. Bij dit staatstype behoort een afkeer van groepsidentiteiten en een gespannen verhouding met het maatschappelijk middenveld.

Het karakter van de Nederlandse staat verschilt daarvan radicaal. De oorsprong van onze natie draait, op het niveau van waarden, om vrijheid van godsdienst en vrijheid van geweten. Afkeer van gewetensdwang was een sterk motief bij de Opstand. De radicale Calvinisten hebben wel sterk bijgedragen aan het succes van de Opstand, maar het karakter van de staat hebben ze niet kunnen bepalen. Getalsmatig hebben ze nooit een meerderheid gehad en het levensbeschouwelijk domein altijd moeten delen met Katholieken, Erasmianen, Joden, Spinozisten en wat niet al. Inderdaad, onze Republiek was "de eerste staat zonder staatskerk", al twee eeuwen voor de Franse Revolutie.

Regenten zijn nooit echt in godsdienst geïnteresseerd geweest, maar antireligieus zijn was nimmer opportuun. Van de Oranjes valt Maurits te vermelden, die in de strijd van Arminianen en Gomaristen de kant van de laatsten koos, maar eerder uit gevoel voor waar hij de meeste medestanders had zitten dan uit enig dieper inzicht in Gods ondoorgrondelijk raadsbesluit. En verder natuurlijk Willem de Zwijger zelf, die er juist alles aan deed om geen inhoudelijke positie in godsdienstige kwesties in te nemen, maar ieders gewetensvrijheid te respecteren.
De Bataafse Republiek bracht in 1796 de scheiding van Kerk en Staat, weliswaar met Franse troepen in het land, maar zonder noemenswaardige strijd met de Hervormde Kerk. Onder Willem I, die de Hervormde Kerk als "vaderlandse kerk" bleef behandelen, behield Nederland het karakter van een protestantse natie tot Thorbecke ook hieraan een einde maakte. Sindsdien hebben we een staat die formeel en materieel in godsdienstig opzicht neutraal is. Interessant is in dit verband hoe deze laatste overgang is verlopen. Toen Thorbeckes grondwet het de katholieke kerk mogelijk maakte om bisdommen te stichten kwam de weerstand van protestantse kant. Het roemruchte aprilpetionnement dat tot Thorbeckes ontslag zou leiden, leidde geenszins tot een andere positie van de staat. Precies het tegendeel was het geval. De paus kon rustig bisschoppen benoemen, de katholieken konden hun neogothische kerken bouwen - met volgens velen te hoge torens! - en de staat bevestigde met klem zijn godsdienstig-neutrale positie tussen triomfalistische katholieken en protesterende protestanten in (al gaf de anti-paapse Willem III openlijk blijk van zijn sympathie voor de protestanten).

Is er inmiddels door de komst van georganiseerde Moslims een nieuwe fase aangebroken en moet de Nederlandse staat zijn levensbeschouwelijk neutrale positie inruilen voor een seculier-fundamentalistische? Moet hij de strijd aanbinden met alle "ostentatieve tekenen" van godsdienstige overtuigingen in het publieke domein? Moet hij zich een standpunt aanmeten over de religieus-symbolische duiding van de hoofddoek? Moet hij uit naam van de Vooruitgang of uit "eerbied voor de rede" het publiek domein van godsdienstige uitingen reinigen en zijn burgers daaraan aanpassen? Het lijkt mij van niet. Eerder zouden al diegenen die aan nieuwkomers de beginselen van de rechtsstaat en kennis van de Nederlandse geschiedenis willen leren, zichzelf deze les moeten geven. Ik hoor alom dat we wat trotser moeten worden op onze cultuur en wat zelfbewuster met onze geschiedenis omgaan. Vooruit dan! Onze geschiedenis leert ons dit: een staat die in religieuze en levensbeschouwelijke kwesties neutraal is, is een grote verworvenheid. Een staat die zich bemoeit met hoe wij ons in het publieke domein hebben te kleden of te versieren op grond van het symbolische gehalte daarvan, is ons vreemd. Zo'n staat gedraagt zich als de eigenaar van het publieke domein, in plaats van als degene die de toegankelijkheid bewaakt. Het publieke domein wordt niet minder toegankelijk door tekenen van levensbeschouwelijke of religieuze overtuiging van de daar verkerende burgers. Het wordt wel minder toegankelijk door burgers zulke uitingen te verbieden.

In het verleden schreef het kerkbestuur voor dat mannen in de kerk met ongedekt hoofd en vrouwen met een hoofddeksel moesten verschijnen. In Frankije gedraagt de overheid zich als een kerkbestuur. Gelukkig is Nederland Frankije niet en ik hoop dat de vrije burgers van Nederland verhinderen dat het die kant uitgaat.

Herman Meijer
Partijvoorzitter GroenLinks